Van de 13e tot de 17e eeuw leefden onze zusters, net als de meeste religieuze gemeenschappen in die tijd, volgens de regel van Augustinus: gemeenschapsleven, naastenliefde, dienstbaarheid aan God en de armen stonden voorop.
Vanaf de 17e eeuw raakten we dankzij de herziening van onze regels door een jezuïet, en onze praktijk van de Geestelijke Oefeningen meer en meer in de ignatiaanse spiritualiteit geworteld.