"He brings us to life!" Words sung during Hélène's entry into the noviciate
Verder lezen...De eerste vormingsperiode
De eerste etappe voor een jonge vrouw die vraagt om in te treden in de congregatie van Sint-Andreas is het postulaat. Deze periode varieert van zes maanden tot twee jaar.
In deze periode maakt zij deel uit van een gemeenschap en neemt deel aan de apostolische activiteiten van deze gemeenschap.
Het postulaat is een tijd:
– van wederzijdse kennismaking;
– om in het dagelijks leven het persoonlijk gebed en de liturgie te ontdekken, die ons in de relatie met Christus en de medemens helpen groeien;
– die ontvankelijk maakt voor verdieping van de lezing van de Schrift;
– om kennis te maken met de ignatiaanse spiritualiteit ;
– om de eigen verlangens te spiegelen aan de concrete werkelijkheid van het leven in Sint-Andreas.
Het noviciaat
Tijdens een liturgische viering die het begin van het noviciaat markeert, ontvangt de novice het kruisje van de heilige Andreas dat ze voortaan zal dragen als teken dat ze deel uitmaakt van de Congregatie.
Het noviciaat is een tijd van vorming die twee tot twee-en-een-half jaar duurt. Er wordt voorrang gegeven aan verdieping van het innerlijk leven, aan het ontdekken van de plaats van het religieuze leven binnen de Kerk en aan de onderscheiding van de roeping voor Sint-Andreas.
De begeleiding door de novicenmeesteres en het gemeenschapsleven in de noviciaatsgemeenschap, helpen de novice zichzelf beter te leren kennen. Ze kan haar talenten en gaven voor een apostolisch leven ontdekken, en leert haar zwakke kanten een plaats te geven.
Kenmerkend voor het noviciaat zijn de 30-daagse retraite volgens de Geestelijke Oefeningen van de heilige Ignatius en verschillende “experimenten” buiten de vormingsgemeenschap: korte stages of periodes van onderdompeling in een andere culturele en/of sociale context.
De novice die haar verlangen heeft leren kennen en onderzocht heeft in de loop van het noviciaat, vraagt om de eerste geloften te mogen afleggen.